Aanvang verbouwing stadion
1992 | Oude tribunes in fases vervangen
Op 27 maart 1992 wordt de eerste paal geslagen voor een volledige renovatie van het ‘oude’ stadion dat was ontwikkeld vanaf 1947. In seizoen 1993-1994 worden de drie tribunes aan de lange zijde vervangen door één grote nieuwe hoofdtribune, later in seizoen 1994-1995 worden de staantribunes achter de doelen vervangen door twee overdekte zittribunes. Voor de laatste fase, de vervanging van de Expo-tribune uit 1958 aan andere lange zijde, is dan echter geen geld meer. Deze valt hierdoor lange tijd uit de toon, zeker nadat een deel van de tribune om veiligheidsredenen niet meer gebruikt mag worden. Uiteindelijk wordt deze in 2010 vervangen, waarmee de metamorfose van het stadion, dat sinds 2002 de sponsornaam Kras Stadion draagt, voltooid.
Opening oude stadion in 1947
Aan het einde van het seizoen 1945-1946 werd in gemeenteraad (van Edam) goedkeuring verleend aan de aanleg van een nieuw sportterrein voor de voetbalclub Volendam. De grond naast de St. Vincentiuskerk, waarop het oude terrein lag, was dringend nodig voor woningbouw. Op de rand van het dorp, achter de ‘pulenhokken’ (eendenhouderij) werd het ‘complex’ gesitueerd en aangelegd. Het Kras Stadion, waarin nu gespeeld wordt, is daar een vervolg op. Aan het einde van het seizoen 1946-1947 was de aanleg van het voetbalveld gereed. Nog voor de officiële opening werden er een aantal oefenwedstrijden gespeeld tegen o.a. VVV uit Venlo, Quick Boys uit Katwijk en EDO uit Haarlem. Op 5 oktober 1947 van dat jaar vond dan de officiële opening plaats van het nieuwe terrein met een oefenwedstrijd tegen Spartaan. Er was echter nog geen accommodatie om het nieuwe terrein. Het veld lag er kaal bij en er was verder niets. Het lag naast de boerderij van boer Hein aan het eind van de Kathammerstraat en je moest langs het woonhuis van Piet Schilder (Vik) over een smal tegelpaadje naar het nieuwe veld. Het was niet meer dan een open vlakte met eromheen paaltjes waartussen ijzerdraad was gespannen.
De gemeenteraad had tegen een huur van 800 gulden per jaar voor de club de aanlegkosten (18.000 gulden) voor zijn rekening genomen. De oude zittribune uit de Meer moest worden overgebracht. Een behoorlijke kleedgelegenheid was er niet meer: opgestookt tijdens de bezetting in de kacheltjes. Een groot kippenhok (18 meter lang) werd aangekocht om te dienen als kleedlokaal en rustte op een fundering van een halve meter. De gehele verhuizing kostte de club 20.000 gulden, waarvan er maar een paar duizend voorhanden was. De schuldenlast drukte die jaren zwaar op de begroting en dat bezorgde penningmeester Jaap Veerman heel wat hoofdbrekens.
Verdere ontwikkeling in de jaren 50
Van een echt stadion is nog niet echt sprake, maar stukje bij beetje worden er in de loop der jaren tribunes geplaatst, waardoor het stadion een nogal rommelige, maar mede daardoor wel gezellige uitstraling krijgt. Zo werden achter beide doelen staantribunes gecreëerd via een oplopend talud. In 1953 werd een nieuwe overdekte zittribune gebouwd met 900 plaatsen. Daaronder bevonden zich twee kleedkamers, een kantine en een hele kleine bestuurskamer. De bouwkosten waren rond de 60.000 gulden, nu zo’n 26.000 euro. Deze Schermertribune (vernoemd naar de reclame van het jenevermerk Schermer op de bovenkant van de tribune) zou veertig jaar in gebruik zijn en zou later de Dokter J. Duin tribune genoemd worden. Voor de Schermertribune werd een obligatielening uitgezet met stukken van 500 gulden die in totaal 50.000 gulden opbracht.
In 1959 wist bestuurslid en bouwondernemer Hein Schilder (Madoet) dat de grootste tribune van Expo-Brussel (Wereldtentoonstelling 1958) te koop was. Zakelijk als hij was, bedong hij een prijs van 15.000 gulden, nu zo’n 6.500 euro. Wetend, dat het bedrag bedenkelijk laag was, toog hij nog dezelfde dag met vrachtwagens van zijn bedrijf naar België om hem meteen op te halen, voordat men zich daar zou bedenken. Bij de start van het eerste Eredivisie-seizoen in 1959 stond de Expotribune aan de andere lange zijde, als een lage zittribune, deels van beton met daar bovenop een open staalconstructie met houten planken.
In 1959 werden tevens nog twee bijvelden aangelegd, het B-veld en het C-veld op eigen kosten (lening 70.000 gulden, nu zo’n 30.000 euro). In 1967 nam de gemeente deze lening over en dat scheelde de club jaarlijks 4500 gulden aan aflossing en rente. Het C-veld werd later het ‘half verhard’. Sinds begin jaren 90 staat daar nu de Steven van Dorpel hal met daarnaast een klein kunstgrasveld. Het oorspronkelijke B-veld moest worden opgeofferd voor woningbouw in de jaren zestig. Daar staan nu de huizen op van de Wilgenlaan, Beukenlaan en Sportlaan. In ruil voor geld kon de club Volendam, met steun van de gemeente, een geheel nieuw complex aanleggen van 4 velden, maar na de geweldige ledenaanwas later nog 4 velden. Het complex van de amateurtak RKAV Volendam (een van de grootste van Nederland) heeft heden ten dage nog de beschikking over deze velden.
Aanpassingen in jaren 70 en 80
Vanaf het seizoen 1974-1975 kon Volendam gebruik maken van de Hein Schilder Tribune. Hij liet een tribune bouwen naast de Schermer hoofdtribune. Op deze tribune hing een bord met de spreuk: “Hein Schilder bouwt woningen, fabrieken en kerken – om te wonen, te bidden en te werken”. Als je daar wilde staan, moest je een rijksdaalder extra betalen, die ten goede kwam aan het missiewerk. Hein Schilder was ook een vrome katholiek. In 1979 kreeg het stadion een laatste aanvulling. De oude staantribune naast de hoofdtribune maakte plaats voor een nieuw onderkomen met betonnen staantribune, genaamd Dick Tol tribune. In de nieuwbouw werden een bestuurskamer, kantine, perskamer en spelershome ingericht.
Renovatie
Volendam ging met ingang van het voetbalseizoen 1990-1991 een samenwerkingsverband aan met de omroep Veronica (VOO). Op het shirt prijkte toen in plaats van de tot co-sponsor gedegradeerde Super vijf competities lang de naam van de nieuwe geldschieter. De verbintenis van de club met Veronica was voor voetbalbegrippen geen gebruikelijk sponsorcontract. De samenwerking hield tal van promotionele activiteiten in. Die moesten voor Volendam de benodigde financiële middelen gaan opleveren zodat de club nog stabieler werd. Volgens Volendam-manager Jan Brouwer moest de samenwerking een nieuw stadion met 8.500 zitplaatsen opleveren. Clubmanager Jan Brouwer sprak van de 'toegevoegde waarde' van de overeenkomst. Het budget van belang voor een goede plaats op de ranglijst. Door met Veronica in zee te gaan wilde de club de aantrekkingskracht van Volendam voor andere sponsors vergroten. Op de op 3 juli 1990 gepresenteerde maquette was het toekomstige 'Veronica'-stadion te zien met volgens de planning een totale capaciteit van 10.500, waarvan 8.500 zitplaatsen.
Met enige vertraging werden tussen 1992 en 1995 de lange zijde met de Hein Schilder tribune, hoofdtribune, Dick Tol tribune en tribunes achter de doelen vervangen. Het zou tot 2010 duren totdat de Expo-tribune aan de andere lange zijde kon worden vervangen. Inmiddels bestaat het stadion uit vier losstaande tribunes, namelijk de Henk Kras Tribune, de Jaap Jonk Tribune, de Jaap Bond Tribune en de Pé Mühren Tribune, tezamen goed voor een capaciteit van 7.384 toeschouwers. Het Volendam stadion heeft een aantal jaren de naam Veronicastadion gehad, maar sinds 2002 wordt de naam Kras Stadion gebruikt. Sinds het seizoen 2006-2007 ligt er kunstgras in het stadion. Een paar jaar later werden de twee hoeken naast de Dr. Duin-tribune dichtgebouwd; hier zitten nu o.a. skyboxen. In de zomer van 2016 werden de skyboxen op de hoofdtribune volledig verbouwd en in 2020 kreeg de hoofdtribune een verdere upgrade.