Klaas Zwarthoed, beter bekend als Klaas 'Vracht', werd geboren op 13 januari 1941 en speelde 487 competitiewedstrijden in de seizoenen tussen 1959 en 1976, en is daarmee is recordhouder. Hij maakte in deze lange periode 4 promoties en 4 degradaties mee. Nadat Dick Tol (de Knoest) stopte met voetballen in 1967 nam hij de aanvoerdersband over.
Oorlogsjaren
Hij werd geboren als zoon van Klaas Zwarthoed (Boertje) en Maartje Jonk (Vracht). Deze waren in 1936 getrouwd en hadden reeds hun eerste kindje (Geertje), toen in het kader van de mobilisatie, op 28 augustus 1939, Klaas Zwarthoed (Boertje) naar de marinestad Den Helder werd opgeroepen. In die maanden daarna kwam hij tussen de manoeuvres op zee en het wachtlopen op het schip nog vaak met verlof. Na het uitbreken van de oorlog (mei 1940) was dat over en verliet hij Nederland om te gaan vechten op de Jacob van Heemskerck voor vijf lange zware oorlogsjaren. Hij had in die jaren geen contact met zijn vrouw en wist dan ook niet dat zij, net voor zijn vertrek, zwanger was geraakt. Toen hij in 1945 terugkeerde, stond zijn vrouw in de deuropening met een zijn dochter Geertje, zeven jaar oud, en een jongetje van vijf jaar, dat hij tot zijn grote verbazing niet herkende: Klaas, zijn zoon van wiens bestaan hij tot dan toe niet geweten had.
Debuut
In het naoorlogse Volendam, groeide hij op in de Dirkslandstraat waar straatvoetbal gewoon was. Deze straat bleek een hofleverancier van het eerste van Volendam, want Gerrie- en Arnold Muhren en ook Jack Hoogland kwamen er vandaan. Als 17-jarige kwam hij bij de selectie van het eerste elftal in het seizoen 1958-59. Na de promotie van dat seizoen, maakte hij zijn debuut in de Eredivisie op 3 januari 1960 in de thuiswedstrijd tegen DOS. Dick Maurer werd die wedstrijd als rechtsbuiten opgesteld en hij kreeg de door Maurer vrijgekomen verdedigingsplaats toegewezen. Het ging uitstekend die wedstrijd en hij stond zijn plaats ook niet meer af.
Karakter
Hij was geen speler van de oogstrelende akties, maar een toonbeeld van onverzettelijkheid en vechtlust. In zijn privé-leven was hij een rustig en bescheiden persoon, maar in de kleedkamer en in het veld was hij haantje de voorste. Met een ongeloofelijk fanatisme kon hij het hele elftal opzwepen. Ook op trainingen ging hij altijd tot het uiterste om te winnen.
Record
Zijn karakter kwam ook naar voren toen hij weigerde zich weg te laten sturen. Tot zijn frustratie, werd hij destijds op zijn 32e 'afgeserveerd'. Hij werd bestempeld, zoals meerdere spelers overkwam in die tijd, als te oud en ontving een briefje in de brievenbus met de tekst 'bedankt' erop. De nacompetitie moest nog beginnen en hij speelde, uit rancune, zo sterk dat ze niet meer om hem heen konden. Hierna speelde hij nog een aantal jaren, tot 1976, in het eerste van Volendam. Die onverzettelijkheid leverde hem een record op. Niemand speelde meer wedstrijden voor Volendam dan hij, namelijk: 487. En toen hij na achttien jaar trouwe dienst in eerste in het zonnetje werd gezet, kreeg hij een wekkerradio als afscheidscadeau. Daar kon hij trouwens wel om glimlachen, want: "Ik voetbalde voor mijn plezier. Ik kreeg een beetje betaald, maar heb het altijd als hobby gezien".
Belangstelling
Een keer had hij de kans om te vertrekken. Trainer Bram Appel wilde hem in de begin jaren zestig meenemen van Volendam naar PSV. Dat was aanlokkelijk, want PSV was toen ook al een grotere club dan Volendam. Toch bleef hij Volendam trouw, want hij had net 2 jaar in militaire dienst gezeten. "Als ik dan naar PSV was gegaan, moest ik weer van huis en dat wilde ik niet." Ook speelde hij nog een aantal keren in vertegenwoordigende elftallen: een wedstrijd voor Jong Oranje in Luxemburg en met het militair elftal verbleef hij 14 dagen in Griekenland waar hij vier wedstrijden speelde.