Sensatie in de Rotterdamse Kuip
1962 | Feyenoord vernedert in eigen stadion
De overwinning tegen regerend landskampioen Feijenoord op 16 september 1962 was de meest aansprekende wedstrijd van dat eredivisie seizoen. Het was een wedstrijd met een voorgeschiedenis. Een jaar eerder had Volendam in De Kuip met 3-0 verloren. Het beëindigde de wedstrijd toen met negen spelers, omdat Dick Tol (Knoest) na een vermeende vuistslag tegen Feijenoord verdediger Hans Kraaij uit het veld was gestuurd en Jan Tol geblesseerd het veld moest verlaten. Het heenzenden van Dick Tol (de Knoest) zorgde voor heel veel commotie, omdat er overduidelijk een overtreding van Kraaij aan voorafging. Hij verklaarde destijds: “Ik heb niet geslagen. Zoiets doe ik niet. Ik heb nog nooit een klap uitgedeeld. In al de vijftien jaren dat ik voetbal, heb ik zelfs nog geen waarschuwing opgelopen. Ik zag alleen het doel. Ik stormde erop af, maar werd op het laatste ogenblik door Hans Kraaij vastgegrepen. Ik rukte me los, maar zat prompt weer in de knel. Toen heb ik me, ik wil het gerust weten, kwaad losgerukt. Ik moest dat doelpunt maken. Waarschijnlijk heb ik Kraaij toen met mijn elleboog in de nek geraakt. Ik sloeg niet. Ik was kwaad, dat wel, maar geslagen? Nee, pertinent niet”.
De afdrukken van Kraaij's nagels zaten nog in de arm van Dick Tol (Knoest). Scheidsrechter Bronkhorst bleef na het aanhoren van deze woorden bij zijn eerdere uitspraak. “Ik stond er vlakbij en Tol sloeg pas, toen hij zich al duidelijk had losgerukt”. De stemming werd negatief beïnvloed door een artikel in de Sportkroniek van de KNVB, waarin de klap vergeleken werd met een in de bokssport reeds vele jaren verboden actie. De betreffende schrijver trok deze bewoording weer in, maar de toon was gezet. Dick Tol (Knoest) kreeg vier competitieduels schorsing. De spelers van Volendam wilden het nare voorval een jaar later graag op sportieve wijze rechtzetten. Johan Pelk: “We wilden de wedstrijd extra fel beginnen, want er leefde wel een revanche gedachte naar aanleiding van het eerdere incident tussen Dick Tol en Kraaij”.
Extra redenen
Het was niet de enige reden. Stopper Janny Schilder: “Zeven dagen ervoor verloren we schlemielig thuis van Ajax met 4-5, nadat we met 4-3 voor hadden gestaan. Iedereen dacht daarom dat we mentaal knock-out zouden zijn. We wilden het tegendeel bewijzen”. Voor doelman Jan Kwakman (Brak) speelde de wedstrijd tegen Ajax om een tweede reden een belangrijke rol. “Het bestuur vond in mij een zondebok voor de vijf tegendoelpunten en wilde daarom Jaap Keizer (Aaltje) op doel zetten in Rotterdam. Dick Tol (Knoest) vond dit niet terecht en zei ‘dan doe ik niet mee tegen Feijenoord’. Op vrijdagmiddag kreeg ik toen te horen dat ik toch weer op doel stond. Dick fluisterde met toe ‘nou moet je het wel laten zien’. In de Kuip deed het bestuur net voor aanvang nog een toezegging. Jan Kwakman (Brak): “Voorzitter Arnold Mühren schreeuwde door de catacomben van het stadion ‘ik verhoog de winstpremie naar 300 gulden als jullie winnen’. De normale premie voor een overwinning was 150 gulden dat seizoen”.
Verrassend begin
Zoals meestal in die jaren reisde de Volendamspelers met de trein naar hun bestemming. Harmen Veerman (Poes) zou vanwege een blessure niet meedoen. Als strijdplan zou Dick Tol (Knoest) over het veld zwerven met Kraaij achter zich aan om zo ruimte te maken voor andere aanvallers. Janny Schilder zou midvoor Piet Kruiver in bedwang houden. Johan Pelk: “Het was een aantrekkelijke, open wedstrijd. Feijenoord begon erg sterk en zette ons onder druk”. In enkele minuten moest doelman Jan Kwakman meerdere keren in actie komen. Hij deed dat voortreffelijk. “Ik haalde een moeilijke bal van Bergholtz met een zweefduik uit de hoek. Dat gaf me zoveel vertrouwen na de actie van het bestuur dat alles lukte”.
Volendam ontsnapte in de derde minuut aan een achterstand toen een hoge bal van Gerard Bergholtz over de goalie vloog en op de lat belandde. Klaas Karregat (Blubber) werkte de bal onmiddellijk naar voren, waar Johan Pelk zich over de bal ontfermde. Wim Kras ontdeed zich van zijn bewaker Cor Veldhoen, ontving de bal van Johan Pelk en stuurde twee Rotterdammers met een schijnbeweging de verkeerde kant op. Hij zette op maat voor naar Jaap Smit (Jut), die tussen verdedigers en Feijenoord doelman Eddy Pieters Graafland raak kopte, 0-1. Binnen de minuut soleerde Wim Kras heel fraai langs Cor Veldhoen, Hans Kraaij en Gerard Kerkum om de 0-2 in de dichtstbijzijnde hoek te tikken. De Rotterdamse spelers waren met stomheid geslagen. Het duurde even voor zij zich hervonden. Een poging van Rinus Bennaars werd knap onschadelijk gemaakt door Jan Kwakman (Brak), maar in de twintigste minuut moest hij toch capituleren. Henk Schouten dribbelde door de vrije ruimte die hij van de Volendamse verdediging kreeg en schoot de bal via de binnenkant van de pal in het doel, 1-2.
De tekst gaat verder onder de foto's.
Daverend applaus
Het publiek rekende op een overrompeling van de ploeg uit het vissersdorp, maar deze liet zich niet gek maken. Bij uitvallen stichtte vooral Dick Tol (de Knoest) heel veel gevaar door veelvuldig naar links en naar rechts uit te wijken. In de dertigste minuut ontving hij op links de bal van Wim Kras, sprintte voorbij Gerard Kerkum en leverde een loepzuivere voorzet af bij de penaltystip, waar Wim Kras naar toe snelde. Deze schoot de bal onberispelijk langs Eddy Pieters Graafland, 1-3. In dezelfde minuut gaf Dick Tol (de Knoest) de bal van rechts voor op het hoofd van Johan Pelk, die de 1-4 aantekende. Coen Moulijn werd nog eenmaal gevaarlijk na een hakballetje van Henk Schouten, maar zijn schot belandde hoog in de tribune. Aan de andere kant kreeg Jaap Smit (Jut) kort voor de rust een levensgrote kans. Hij miste, maar op slag van rust was het wel raak. Johan Pelk heeft het doelpunt nog helder voor de geest staan. “Dick Tol wipte de bal met zijn ene been over Kraaij heen en schoot hem met zijn andere been van 25 meter prachtig in de goal”. Feijenoord hoefde niet meer af te trappen. Scheidsrechter Andries van Leeuwen floot direct voor de rust. Onder een daverend applaus van het publiek gingen de Volendamspelers naar de kleedkamer. De eigen ploeg werd uitgefloten. Lies Kwakman, de echtgenote van doelman Jan Kwakman (Brak), hoorde in Volendam de ruststand. “Op de radio hoorde we dat Volendam met 5-1 voor stond. Geen mens in Volendam kon het geloven. In de Kuip tegen het grote Feijenoord met 5-1 voor!”. De stemming in de kleedkamer was opperbest. Het Volendamse bestuur waarschuwde gelijk voor de welbekende overmoed. “Het bestuur wees ons fijntjes op de wedstrijd Feijenoord-GVAV van het voorgaande seizoen, waarin de Rotterdammers een 1-4 achterstand wegwerken om nog te winnen met 7-4”.
Onverzettelijk
In de tweede helft zette Feijenoord alles op alles. De Volendammers toonden zich onverzettelijk. Jan Schilder (Koles) verzette bergen met werk op het middenveld, Gerard Bergholtz had weinig in te brengen tegen Klaas Zwarthoed (Vracht), Piet Kruiver lag aan banden bij Janny Schilder en op schoten van Bergholtz, Bennaars en Kreijermaat gaf doelman Jan Kwakman (Brak) geen krimp. Na ruim twintig minuten mocht Reinier Kreijermaat een penalty nemen, nadat Janny Schilder het broekje van Piet Kruiver had vastgepakt. De Rotterdamse penalty specialist schot wel zuiver in, maar niet hard genoeg. Jan kwakman (Brak) dook de bal in de richting van de cornervlag. “Mijn gedachten gingen toen toch even terug naar die 7-4”. Naast Janny Schilder kreeg ook Johan Pelk een officiële waarschuwing. Omdat Feijenoord risico’s nam, ontstond er veel ruimte voor de Volendammers om bij uitvallen de score verder op te voeren.
Thijs Bond (Kouwe) miste enkele opgelegde kansen. In de voorlaatste minuut ontdeed Gerard Bergholtz zich eenmaal van linksachter Klaas Zwarthoed (Vracht) en verschalkte Jan Kwakman met een fraaie lob. De eindstand kwam hiermee op 2-5. De Volendamse vreugde na afloop was ongekend. De spelers hadden in Volendam een gezellig samenzijn in restaurant de Amvo. Alle krantenkoppen waren lovend over het snelle, wisselende spel van Volendam. Een enkele krant suggereerde heel voorzichtig dat Feijenoord misschien toch niet helemaal tot het uiterste was gegaan vanwege de naderende Europacup wedstrijd, maar het merendeel constateerde een hardwerkend Feijenoord gewoon tekort kwam. Johan Pelk: “Ik herinner me koppen als ‘Feijenoord te groot voor Servette en te klein voor Volendams tafellaken’. Dat geeft je toch een trots gevoel. Later in Jong Oranje sprak ik Coen Moulijn nog en ook Eddy Pieters Graafland. Ze vertelden dat ze nooit met een gerust hart naar Volendam kwamen, want die afstraffing zat nog diep”. Janny Schilder: “Als ik Feijenoordspelers later tegen kwam in bijvoorbeeld een liefdadigheidswedstrijd dan kwamen ze steeds weer op die wedstrijd”. Thijs Bond: “Later kwam ik of een andere speler trainer Piet Dubbelman wel eens tegen. Dan zei hij steeds ‘altijd als ik jullie zie, dan moet ik weer denken aan die wedstrijd Feijenoord-Volendam, 2-5’. We hebben toen echt verschrikkelijk goed gespeeld”. Feijenoord behaalde dit seizoen de eerste grote Europese successen voor Nederland.