| Klasse | Eerste Divisie |
|---|---|
| Plaats | 8 |
| Trainer | Dick de Boer / Andries Jonker |
| Wedstrijden | Ga naar seizoenstatistieken |
| Terugblik | |||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Het is bekend dat aan het IJsselmeer eigenlijk altijd waait, maar bij de voetbalclub Volendam stond er dit seizoen bijna continu een heuse storm. Na de kansloze degradatie uit de Eredivisie was het plan en de doelstelling direct terug te keren naar het hoogste niveau, maar daar kwam weinig van terecht. Integendeel. Zoals zo vaak bij een degradant was er ook in de zomer van 1998 sprake van een leegloop. De ervaren Dejan Govedarica, Cees Marbus, Rob Matthaei, Luc Nijholt, Ab Plugboer, Marcel Valk en Milan Berck Beelenkamp verlieten de club. Daar tegenover stond de komst van Raymond Beerens, Jan Bruin en Arie Obdam, die na twee jaar Roda JC terugkeerde naar Volendam. Bij de start was duidelijk te merken dat Volendam nog moest wennen, na 11 seizoenen Eredivisie, aan het andere type voetbal in de Eerste Divisie. De eerste wedstrijd tegen Emmen werd gelijk verloren met 4-0. Daarna ging het wel wat beter, maar echt stabiel werd het nooit, ook doordat er veel blessures waren. Raymond Beerens liep al vroeg een zware knieblessure op en ook Jan Bruin was vaak niet fit. Terwijl Volendam met hem en Marco Boogers op papier twee van de betere spitsen in de Eerste Divisie hadden. Na een periode met slechts twee puntjes uit zes duels kreeg trainer Dick de Boer op 30 november 1998 ontslag. Dat gebeurde onder meer nadat hij zelfs openlijk was bedreigd in de privésfeer. Een van de zaken die Dick de Boer werd verweten, was dat hij de oudere spelers Marco Boogers en Marco Gentile anders behandelde. Zo hoefden zij bijvoorbeeld maar één keer per dag te trainen, of konden ongestraft uitstappen tijdens een duurloop. En omdat de resultaten slecht waren, was de sfeer op trainingen daarom vaak om te snijden. Met name Marco Boogers drukte een stempel, want de jongere spelers keken allemaal tegen hem op en sommigen waren zelfs bang voor hem. En als iemand hem op de training één keer aanpakte, sloeg hij diegene gewoon op z’n muil. Assistent Andries Jonker nam het over. De toen nog onbekende Amsterdammer verklaarde in zijn eerste grote interview dat hij ‘alles, echt alles’ anders had gedaan sinds zijn aantreden. Veel spelers voelden dit als een mes in de rug van Dick de Boer en namen hem daardoor niet meer echt serieus. Hij gooide de speelwijze om van 4-4-2 naar 4-3-3. Hij haalde onder anderen Carel Bartele uit het tweede en zette hem meteen in de basis achter Marco Boogers. Daarna werden best nog wel wat punten gepakt, al eindigde Volendam als 8e. Dat was niet veel hoger dan waar het stond toen Dick de Boer weg moest. De nacompetitie zat er niet in. Overigens lukte het geen van de zes eerstedivisionisten om via de nacompetitie te promoveren. De eredivisionisten RKC Waalwijk en Sparta bleven via de nacompetitie gehandhaafd. |
Boven vnlr. Jaap Schilder (keeperstrainer), Yuri Rose, Miel Mans, Hans Bond, Dick de Boer (trainer), Joeri Molenaar, Silvan Inia, Jan Bruin, Arnold Muhren (assistent-trainer). Midden vlnr. Andries Jonker (assistent-trainer), Marco Boogers, René Binken, Dennis Klein, Marco Gentile, Patrick Leeflang, Ivica Vukov, Hans Geerlings, Ibrahim Babangida, Cor Sarton. Beneden vlnr. André Dooijeweerd (fysiotherapeut), Ab Persijn, Raymond Beerens, Arnold Smit, Rob Hilbers, Arnold Nijkamp,Vincent Gouttebarge, Arie Obdam en Arie de Haan.