Smit (de Kip), Klaas

Smit (de Kip), Klaas

Klaas Smit werd op 11 november 1930 in Volendam geboren en was begin jaren vijftig, samen met zijn drie broers bijgenaamd ‘De Kip’, een bekende naam in het Volendamse voetbal. Met de vier ‘Kippen’: Klaas, Evert, Thoom en Hein werd Volendam in 1952 en 1953 kampioen van de Tweede Klasse, toen in Nederland nog sprake was van amateurvoetbal. In promotiewedstrijden voor een plek in de Eerste klasse legde men het echter af tegen respectievelijk Stormvogels en EBOH. Klaas was de meest talentvolle van het viertal 'kippen'. In 1946, op 16-jarige leeftijd, stroomde hij door naar het eerste elftal van Volendam. In 1954 verliet hij Volendam en speelde respectievelijk voor Alkmaar'54, BVC Amsterdam en DWS/A om vervolgens in 1961 weer bij Volendam terug te keren. Hij speelde meerdere keren voor vertegenwoordigende elftallen, waaronder 4 keer voor het Nederlands Jeugdelftal en 8 keer voor het Nederlands B-team. Ook speelde hij één keer met het Bondselftal, dat officieus doorging als het Nederlands Eftal, tegen de Duitse kampioen Rot Weisz Essen in 1955. Het betrof een benefietwedstrijd ten behoeve van de vluchtingen. Nederland won met 4-1 en Klaas Smit speelde tussen namen als Abe Lendstra, Bram Appel en Coen Moulijn. Hij hoopte na dit optreden een officiële wedstrijd in het Nederlands Elftal te kunnen spelen, maar deze droom kwam helaas niet uit.

Kopspecialist
Hij speelde meestal links- of rechtsbinnen en bezat een sterk lichaam. Door zijn groot atletisch vermogen was hij koppend ijzersterk. Wat een ander met z’n benen kon, dat kon Klaas Smit met z’n hoofd. Niemand kon zo hoog springen en hard koppen als hij. ‘Hij schiet met z’n hoofd’, riepen ze op de tribune. Tegen zijn medespelers, riep hij altijd: "Gooi de bal maar blind voor, want ik kan er wel bij." Om die reden kreeg hij de bijnaam "superman".

Alkmaar
Met zijn broer Evert was Klaas in het voorjaar van 1954 benaderd door de nieuwe vereniging Alkmaar '54, die vanaf het seizoen 1954-1955 zou gaan uitkomen in de nieuwe profcompetitie van de Nederlandse Beroeps Voetbalbond. In Volendam was men hier niet blij mee en werd er gesproken over verraad aan het dorp. Alleen het feit dat de broers gesproken hadden met de profclub, was voor voorzitter Meester (Arnold) Mühren van Volendam reden om beiden te royeren. Ze tekenden vervolgens een contract met Alkmaar '54. Inclusief premies leverde dit voor Klaas een inkomen op dat bijna gelijk was aan de 69 gulden die hij destijds per week verdiende als werknemer van de Volendamse brood- en banketbakkerij Klaas Tol. Verder kreeg hij een brommer ter beschikking om naar Alkmaar te kunnen reizen. Enkele maanden na Evert en Klaas maakte ook broer Thoom de overstap van Volendam naar Alkmaar. Enkel broer Hein bleef Volendam trouw. Op 14 augustus 1954 maakte hij in de wedstrijd Alkmaar '54 tegen Sportclub Venlo het eerste doelpunt in het Nederlandse betaald voetbal. Op aangeven van zijn broer Evert schoot hij de bal, kort na rust, vanaf ongeveer achttien meter in de bovenhoek van het doel. In de met 3-0 gewonnen wedstrijd maakte hij tevens het derde doelpunt.

Amsterdam
Na 3 seizoenen Alkmaar'54, waar hij 100 wedstrijden speelde en 44 doelpunten scoorde, werd hij voor het seizoen 1957-1958 verkocht aan Eredivionist BVC Amsterdam (Beroeps Voetbal Club Amsterdam, bijnaam De Zwarte Schapen). Na dit seizoen werd BVC Amsterdam verkocht aan zakenman/voorzitter Dé Stoop die de club, later dat jaar, liet fuseren met DWS tot DWS/A (Door Wilskracht Sterk Amsterdam). Daar speelde hij vervolgens nog drie seizoenen tussen 1958 en 1961.

Terug naar Volendam
Na zijn Amsterdam periode keerde hij in het seizoen 1961-1962 terug naar Volendam, waar ze inmiddels een beetje gekalmeerd waren en niet meer van ’verraad’ spraken. Het einde van zijn voetbalcarrière viel echter al in zijn vijfde wedstrijd voor Volendam. Tijdens een noodlottige thuiswedstrijd tegen Blauw-Wit, op 17 september 1961, verloor de club niet alleen met 2-4, ook scheurde hij de kruisband van zijn knie toen hij in botsing kwam met Barry Hughes. Finaal doormidden. Twaalf weken moest hij met gips lopen, toen mocht hij het zonder proberen. Maandenlang bleef hij pijn houden met lopen en kon hij zijn been niet buigen. Pas na 1,5 jaar kon hij weer aan trainen gaan denken. Dat ging naar behoren, maar uiteindelijk moest hij tot de conclusie komen dat zware belasting tijdens de wedstrijden teveel was gevraagd. Na 210 profwedstrijden, waarin hij 57 keer scoorde, zou hij nooit meer op het veld terugkeren. Althans, niet om zelf te spelen. Hij haalde zijn diploma en werd trainer. Eerst bij Monnickendam, toen bij De Rijp, later bij de Edammer voetbalclub EVC. 

Werkzaam leven
Op 18 mei 1985 werd hij door Burgermeester Westendorp geridderd in de Orde van Oranje Nassau. Hij kreeg deze omdat hij 40 jaar in dienst was bij brood- en banketbakkerij Klaas Tol, waar hij op 14-jarige leeftijd was begonnen. In 1995, toen hij er 50 dienstjaren op zitten, ging hij met de VUT om van zijn oude dag in Edam te gaan genieten. Hij woonde daar, sinds de jaren vijftig, toen hij een woning had gekocht voor 4500 gulden dankzij zijn voetbalinkomen. Sinds die tijd fietste hij elke dag vanuit Edam naar Volendam om bezoekjes te brengen bij vrienden, familie en bekenden. Hij bleef zijn gehele leven een opgewekte man met een voorliefde voor ondeugende streken. Als hij voor zijn huis in Edam zat en er kwam een wandelend stel voorbij, kon hij vragen: „O, nou ben je weer met je eigen vrouw aan de wandel?”

Ziekte
In 2007 werd Klaas Smit telkens duizelig. Hij dacht in eerste instantie dat hij last had van zijn bloeddruk, maar het bleek maagkanker. Driekwart van zijn maag werd bij een operatie weggehaald. Zelf nam hij zijn ziekte eigenlijk niet zo serieus, want hij had immers geen pijn? Bij zijn broer Piet, die aan jeugdkanker overleed, had hij destijds juist zo veel pijn gezien. Als je vroeg hoe het ging zei hij: "Elke dag een stukje beter.” De huisarts vroeg hem: "Denkt u wel eens na over de dood?”, vlak voor zijn dood, "Jou om zeep helpen, telt dat ook?”, vroeg Klaas Smit op karakteristieke wijze terug. Hij overleed 20 februari 2008 op 77-jarige leeftijd in Edam.
 

30 januari 1955, Alkmaar'54 - GVAV (1-2). Klaas Smit (de Kip) neemt het doel van GVAV-doelman Otto Roffel onder vuur.


25 augustus 1957, BVC Amsterdam - NAC (3-2). Klaas Smit (de Kip) knalt de bal binnen. NAC-doelman Goedhart is kansloos.


2 februari 1959, DWS/A - Sparta (2-2). Klaas Smit (de Kip) komt hoger dan de Spartanen Hans de Koning en Rinus Terlouw.


1 maart 1959, DWS/A - Feijenoord (0-5). Klaas Smit (de Kip) torent boven Eddie Pieters Graafland uit.

18 april 1960, DWS/A - SC Enschede (2-4). Klaas Smit (de Kip) kopt de bal keihard langs keeper Nijhuis.


17 september 1961, Volendam - Blauw-Wit (2-4). Klaas Smit (de Kip) wordt met een brancard van het veld gedragen. Hij scheurt de kruisband van zijn knie als hij in botsing komt met Barry Hughes. Na 210 profwedstrijden, waarin hij 57 keer scoort, zal hij nooit meer op het veld terugkeren. Foto Wim van Rossem, Anefo.