René Binken werd op 6 januari 1970 geboren in Volendam. Hij stond in totaal 13 seizoenen, tussen 1987 en 2000, onder contract bij Volendam. Hiervan speelde hij er 11 in de Eredivisie. Hij speelde in totaal 367 wedstrijden, waarvan 334 in de competitie. Daarin scoorde hij in totaal 5 doelpunten. Ook speelde hij tussen 1990 en 1991 zes interlands voor Jong Oranje.
René Binken was een moderne verdediger. Hij was snel, technisch, tweebenig en als hij opkwam met de bal dan boezemde hij de tegenstander angst in. Er gebeurde dan altijd wat. Toch maakte hij nooit de stap naar een grote eredivisieclub. Hij vertelde: “Ik was bezig met voetbal, want dat vond ik leuk, niet met zaakwaarnemers. In de tijd dat we als 19-jarigen bij het Olympisch Elftal zaten, had PSV interesse. Die kozen uiteindelijk toch ervaren spelers”.
Eredivisie
Sinds de zomer van 1987 stond hij bij Volendam onder contract en maakte op 24 januari 1988 zijn debuut in de Eredivisie in de met 1−1 gelijk gespeelde wedstrijd tegen AZ. Hij kwam na een half uur spelen het veld in als vervanger van de geblesseerde Ab Plugboer. In het volgende seizoen 1988-1989 werd hij een belangrijke factor in het elftal van trainer Leo Steegman en startte hij in 20 van de 34 speelronden in de basis. In het seizoen 1989-1990 brak hij echt door en miste hij maar drie competitiewedstrijden. In de seizoenen die volgden was hij een vaste keuze in de verdediging van het eerste elftal. Wisselende resultaten werden behaald maar degradatie werd voorkomen.
De tekst gaat verder onder de foto's.
Schakel tussen verdediging en aanval
Hij was een laatste man die veel veelvuldig opkwam en verantwoordelijk was voor de opbouw richting het middenveld en/of aanval. Terugkijkend, vertelde hij: “Dat was mijn kracht. Ik kón opkomen, omdat er goede verdedigers waren die het in de ruimte achter me eventueel konden opvangen. Later hadden wij André Stafleu als trainer en die zei dat ik de bal snel moest inleveren. Dan haal je mijn kracht weg. Zoals ik onder Bert Jacobs ook de rommel op moest ruimen van een ander, in plaats van dat mijn kwaliteiten werden benut. Vanaf 1990 hadden wij echt hele goede voetballers. Toch eindigden we niet echt hoog. Aan die eerste periode bewaar ik de mooiste herinneringen. In die eerste jaren ging het om voetbal, niet om geld en er was dus ook geen jaloezie . Dat zou later veranderen. Er gebeurden allerlei rare dingen binnen de club, er kwamen jongetjes van buiten die meteen een auto eisten en toen de club bijna failliet was, vertikten jongens het om geld in te leveren. Dan blokkeer ik. Hoe het toen ging, was tegen mijn natuur in. De maatschappij veranderde toen al. Nu spelen voetballers spelletjes op PlayStation, wij waren aan het kaarten met elkaar en vooral ouwehoeren over voetbal. En plezier maken met elkaar, tegen elkaar biljarten en pingpongen. We hadden nog geen mobieltjes. Het was puur. En je leven was voetbal. Die tijd komt niet meer terug.”
Moeilijke jaren
Midden in het seizoen 1994-1995 overkwam hem een groot drama toen zijn moeder overleed. “Zij had, gedurende anderhalf jaar, ALS. Alle spierfuncties vielen uit. Een verschrikkelijke ziekte. Verwerken? Ik was 25, dan weet je niet hoe dat moet. Rijsbergen zei: ‘kijk maar wanneer je weer kan komen’. Dus ik was er al snel na de begrafenis, want wat moest ik thuis doen? De voetballerij was destijds keihard. Je moest verder”. In 1998 degradeerde Volendam naar de Eerste Divisie. René Binken maakte daarna de mindere en roerige jaren van de FC mee. “Ik stopte als speler vlak voor de Nieuwjaarsbrand. Had last van mijn lies en was er negen maanden uit. Later kreeg ik last van mijn longen. Bleek dat ik tbc had opgelopen.”
Zaterdag amateurs
In juli 2000 verkaste hij naar de zaterdagamateurs van de RKAV Volendam. Hier speelde hij nog enkele jaren tot hij in 2005 besloot zijn actieve voetbalcarrière te beëindigen. In die jaren maakte hij 2 degradaties uit de hoofdklasse en 2 promoties naar de hoofdklasse mee. Bij datzelfde team is hij tegenwoordig is al weer geruime tijd actief als assistent-trainer.