Jaap Braan werd geboren op 1 augustus 1950 in Volendam. Als jochie viel hij - eind jaren vijftig, begin jaren zestig - al op tijdens de vele buurtstraatvoetbalwedstrijdjes, waar hij met zijn buurjongetjes en vriendjes uit de Dr. Weverstraat aan meedeed. De (toen nog) jeugdtrainer Bruin ’Joep’ Steur haalde hem bij de ’interregionale junioren’, waar hij nog wel wat versterking kan gebruiken. "Joep zou uiteindelijk de rode draad in mijn voetballeven worden’’, blikte Jaap Braan terug. Jaap Braan bezat een ‘gaaf’ linkerbeen en speelde als libero met als sterkste punt het opkomen via de lengte-as. Via hautain ogende passeerbewegingen en korte snel uitgevoerde één-tweetjes stak hij het veelvuldig het veld over om de aanval te ondersteunen. Als verdediger moest hij het niet hebben van een spits uitschakelen en ballen wegkoppen, maar hij wist veel op te lossen op basis van zijn tactisch inzicht.
Tweede kans
Ondanks zijn grote talent en voetballend vermogen moest hij echter lang wachten op een basisplek. Trainer Ron Dellow was in 1967 ’lovend’ over de jeugdspeler, die hij vaak - naast het jeugdteam - ook in het tweede team liet opdraven. Voor hem zat echter een lichting die twee jaar daarvoor Nederlands Kampioen bij de jeugd was geworden en die daarna jarenlang de basis van het eerste elftal vormden. Het centrale duo, de gebroeders Jack- en Jan Jonk (Bol), waren voor hem een sta-in-de-weg. Vanaf 1969 was hij contractspeler, maar trainer Hans Croon deed geen beroep op hem. Op 16 mei 1971 (thuis tegen AZ’67) maakte hij pas zijn debuut om daarna weer in het tweede te moeten meespelen. Voor hem was toen de maat vol. Hij liet zich in het seizoen 1972-1973 overschrijven naar het grote Ajax. Daar speelde hij onder trainer Han Grijzenhout in het tweede elftal met dorpsgenoot Arnold Mühren, John Rep, Louis van Gaal en Henk Medik uit Edam. ,,Een onderneming want ik had geen auto en moest met anderen meeliften. Dat was lastig als Ajax voor de Europa Cup speelde.’’ Het reizen was voor hem - die in aanmerking kwam voor een contract - zo lastig dat hij voortijdig afhaakte. “Ik heb er een leuke tijd gehad en veel geleerd, maar dat reizen was een gedoe. Dus ben ik gestopt. Geen telefoontje, niks. Ik ben gewoon niet meer gegaan.’’
Bij Volendam in het seizoen 1973-1974, waar Hans Croon was opgevolgd door Bruin Steur (Joep), was hij meer dan welkom. Hij profiteerde van een blessuregolf, waaronder de broers Jaap (Jack)- en Jan Jonk (Bol). Bruin Steur (Joep) gaf Jaap Braan uit het tweede een kans. Die werd met beide handen aangegrepen. Tot het seizoen 1981-1982 was hij daarna een vaste basiskracht. Hij speelde in die periode 256 wedstrijden in de eerste elftal, waarin hij 16 keer scoorde.
De tekst gaat verder onder de foto's.
Voldoening
De laatste jaren van zijn loopbaan droeg hij de aanvoerdersband bij Volendam. Die dankte hij vooral aan zijn tactisch inzicht en organisatorische kwaliteiten, want een leiderstype was hij niet. Als hoogtepunt beschouwde hij de promotie naar de Eredivisie en de winst op Ajax in de Meer op 2 oktober 1977. “Dat blijft prachtig om aan terug te denken”.
Na zijn carrière vertelde hij: “Ik kijk met voldoening terug, maar ik heb niet alles eruit gehaald wat erin zat. Er was in mijn begintijd gewoon weinig ruimte om door te stromen naar het eerste. Je moet ook de juiste trainer treffen die het in je ziet zitten. Ik had ook niet een geweldige carrière voor ogen. Je durfde daar gewoonweg niet aan te denken. Het was een andere tijd, en ik wilde ook wel eens genieten op de dijk, want je moet weten dat je jong bent. Daarnaast werkte ik iedere dag van 6 uur s’morgens tot s’middags 3 uur in de bouw als huisschilder. En daarna moest ik trainen. Tot kerstmis was ik vaak goed, daarna werd het een stuk minder, en daar had de bouw zeker mee te maken.”
Gezondheid
De inspanning van het voetbal naast een volledige baan als huisschilder eiste uiteindelijk zijn tol. Hij kreeg rugklachten, ischias en blessures aan de achillespezen. Hij moest noodgedwongen stoppen in 1982 met betaald voetbal en speelde daarna nog voor zijn plezier in de zaal bij Schoonmaakbedrijf Succes en IJsclub/Kil Mazda.
Op zijn 47e werd hij getroffen door een hartinfarct. Hij werd afgekeurd als schilder en onderging nog tal van operaties vanwege hartfalen. Hij kan geen actieve sport meer beoefenen en moet grote inspanningen vermijden. De elektrische fiets biedt uitkomst. “Ik heb geen inhoud meer, anders moet ik na honderd meter weer omkeren”. Toch zit hij niet stil. Hij voelt zich redelijk fit en werkt tot op de dag van vandaag parttime als chauffeur. “Gewoon omdat ik het leuk vind.’’